Hoe onbegrip en gebrek aan steun na verlies van baby werkhervatting belemmeren

Hoe onbegrip en gebrek aan steun na verlies van baby werkhervatting belemmeren

De wet WIA helpt mensen niet sneller het werk te hervatten

Op 19 mei 2021 las ik een artikel in de Trouw over het feit dat de WIA mensen niet helpt om sneller terug te laten keren naar het arbeidsproces. Het artikel triggerde mij. Ik belandde in de WIA nadat ik twee jaar in de ziektewet had gezeten. Ik heb na het overlijden van mijn dochter en mijn zoon totaal geen begrip en steun van mijn werkgever gekregen.

Verlies in welke vorm dan ook vraagt om aanpassing

Wanneer je te maken krijgt met verlies, in welke vorm dan ook; verlies van kind, verlies van partner, verlies van ouder, verlies van baan, verlies van gezondheid, verlies van vervulde kinderwens etc., word je uit je evenwicht gebracht. Je leven komt tot stilstand en er gaat een streep door je toekomstdromen. Je zult een nieuw evenwicht moeten vinden en jezelf opnieuw moeten hervinden. De rol die je had of hoopte te bereiken, is niet langer aanwezig. Dat vraagt om aanpassing. Dat vraagt om begrip, steun en tijd.

Rouwreacties

Elisabeth Kubbler-Ross (1969) zag bij rouw terugkerende patronen van reactie op het verlies:

  • Ontkenning: het is niet waar.
  • Woede: waarom ik?
  • Marchanderen: als ik dit doe dan … (onderhandelen omdat er hoop is)
  • Verdriet en depressie: de realiteit begint door te dringen, gevoelens van verdriet, spijt, angst en onzekerheid komen naar boven. De rouwende ziet geen perspectief op weer gelukkig zijn etc.
  • Aanvaarding; ik ga verder met mijn leven.

Kubbler-Ross zag rouw niet als een lineair proces waarbij iedereen stap voor stap elke fase doorloopt. Bij iedereen verloopt het rouwproces anders. Sommige mensen doorlopen alle fases maar er zijn ook mensen die fases overslaan. Anderen daarentegen blijven hangen in een fase. Rouwervaringen uit het verleden en steun vanuit de omgeving zijn van invloed op de wijze waarop een rouwproces verloopt.

Rouwarbeid

Manu Kierse (2020) omschrijft vier rouwtaken die je moet doorlopen na verlies:

  1. Het verlies onder ogen zien.
  2. De pijn van het verlies ervaren met alle gevoelens die daarbij horen zoals: boosheid, verdriet, jaloezie, angst, opluchting etc.
  3. Aanpassen aan de nieuwe situatie of wel de nieuwe realiteit.
  4. Herinneren en weer genieten.

Rouw beïnvloed je functioneren

Zoals aangegeven, heeft verlies impact op je functioneren. Als HR-adviseur ben ik op verschillende manieren geconfronteerd geweest met medewerkers die een dierbare verloren. Het verlies had direct impact op hun welzijn, gezondheid en functioneren.

Medewerkers die begrip en steun ontvingen van hun werkgever, lukte het vaak weer hun leven op te pakken en te functioneren als voorheen. Degene die niet konden rekenen op begrip en steun, meldden zich ziek wat niet zelden leidde tot een arbeidsconflict of een WIA-aanvraag.

Gebrek aan begrip van mijn manager

Jaren later heb ik zelf ondervonden welke impact het gebrek aan steun en begrip na het verlies van mijn kinderen op mij heeft gehad.

Mijn eerste kind overleed in mijn buik. Mijn collega’s stuurde een bos bloemen maar verder bleef het stil. Omdat de muren op mij afkwamen, wilde ik zo snel mogelijk weer aan het werk. Ik hoopte hiermee het verdriet te verwerken. Ik belde mijn manager op en plande een afspraak. Ik wilde met hem praten over werkhervatting maar ook met hem praten over het verlies van mijn baby. Daarna zou ik met mijn collega’s koffiedrinken.

Op het afgesproken tijdstip bleek mijn manager een andere afspraak te hebben. Hij had niet de moeite genomen om mij af te bellen. Ook bleken mijn collega’s niet voorbereid op mijn komst. Gelukkig waren er collega’s die de tijd hadden en namen om met mij koffie te drinken. Bij hen heb ik mijn verhaal gedaan. De volgende dag startte ik mijn werkzaamheden. Ook deze dag had mijn manager geen tijd voor mij.

Ik kon aanspraak maken op de ziektewet

Doordat ik was bevallen, kon ik, in tegenstelling tot anderen, aanspraak maken op de ziektewet. Dit betekende dat mijn loon betaald werd door het UWV. Door het verlies van mijn kind was ik inderdaad niet in staat om te functioneren zoals ik altijd deed. Ik zat in een rouwproces en had tijd nodig om het verlies te verwerken. Werken hielp mij bij het verwerkingsproces maar ik was niet de medewerker die ik tot dan toe was geweest. Ik was minder alert, had moeite met dingen onthouden en was trager. Doordat ik slecht sliep was ik moe. Het lukte mij dan ook niet om mijn volledige contracturen te werken. Toen er plotseling complicaties optraden en een ziekenhuisopname volgde, moest ik mijn werkhervatting tijdelijk staken.

Het hele re-integratieproces miste ik steun en begrip om mijn werk te kunnen doen

Al die tijd heb ik nooit steun en begrip van mijn manager ervaren. Hij heeft nooit de tijd genomen om te vragen hoe het met mij ging en heeft nooit gevraagd wat ik nodig had om te kunnen functioneren. In tegendeel. Eén maand na de ziekenhuisopname, hervatte ik mijn gestaakte re-integratietraject. Op de eerste dag van mijn werkhervatting vroeg mijn manager wanneer ik nu eindelijk van plan was om weer volledig te komen werken. Door mijn afwezigheid waren mijn collega’s overbelast. Vier maanden na de bevalling van mijn dochter was ik weer volledig aan het werk.

Volgens de artsen was het overlijden van onze dochter, domme pech en kregen we groen licht voor een nieuwe ivf-behandeling. Ik raakte direct zwanger. Helaas kreeg ik al vroeg klachten die ervoor zorgde dat ik niet meer hele dagen kon werken. In overleg met de bedrijfsarts, verdeelde ik mijn contracturen over vijf dagen in plaats van vier dagen. Op die manier kon ik mijn werkzaamheden blijven doen.

Omdat er niet genoeg werkplekken waren, moest ik één dag thuis werken. Op de vraag of mijn manager een bureaustoel en een laptop-standaard kon faciliteren, kreeg ik een ontkennend antwoord. Het was mijn keuze om mijn werkzaamheden over vijf dagen te verdelen. Terloops vertelde hij mij daarbij dat hij besloten had om mijn contract niet te verlengen. Ik functioneerde onvoldoende en was iedereen tot last. Ik wist niet wat ik hoorde. Vanaf het moment dat ik weer mijn volledige arbeidsuren werkte, had ik er substantieel veel taken bij gekregen.

Ik liet mij niet uit het veld slaan en bleef mijn werk doen zoals ik altijd deed. Naar de volle tevredenheid van mijn klanten. Helaas verergerde de klachten zich en werd ik met spoed opgenomen in het ziekenhuis. Hierna mocht ik niet meer werken tot aan de bevalling. Ik belde mijn manager om het te vertellen. Zijn reactie was allesbehalve begripvol. Ik kon volgens hem gewoon met een laptop op schoot een deel van mijn werk blijven doen.

Toen ik mijn tweede kindje verloor, kreeg ik te horen dat ik niet meer terug hoefde te komen

Een maand later werd onze zoon geboren en overleed hij vlak na de bevalling. Een dag na de uitvaart belde mijn manager mij op met de vraag of ik nog spullen in mijn bureau had. En zo ja, wanneer ik die dan kwam ophalen. Hij gaf aan dat ik niet meer welkom was op het werk. Mij in de gelegenheid stellen om te werken zou voor iedereen verwarrend zijn. Hij had namelijk al aan iedereen meegedeeld dat ik niet meer zou terugkeren. Bovendien zou ik iedereen tot last kunnen zijn met mijn verhaal.

Het is mij nooit duidelijk geworden waarom mijn manager mij niet steunde

Het is mij nooit duidelijk geworden waarom mijn manager een houding aannam als deze. Hij behandelde alsof mij iets te verwijten viel. Door het vangnet van de ziektewet had de schade voor mij beperkt kunnen worden. Mijn manager had zonder risico’s mijn contract tijdelijk kunnen verlengen. Dan was mij tijd gegund om te re-integreren. Mijn salaris werd immers betaald. En met het vrijgekomen budget, zou er ondersteuning en/ of vervanging geregeld kunnen worden. Nu koos hij ervoor dat ik ziek uit dienst ging.

Moeizame proces naar werkhervatting

En toen begon het moeilijke proces van re-integratie. Ik moest niet alleen fysiek herstellen van een bevalling. Ik moest naast het verlies van mijn kinderen ook het verlies van mijn baan verwerken.

Alle inspanningen van het UWV en mij ten spijt, lukte het niet om voor het einde van de wachttijd een passende baan te vinden. Fysiek herstellen lukte wel, maar mentaal was ik geknakt. Ik had er alles aan gedaan om na het overlijden van mijn dochter zo snel mogelijk mijn werk te hervatten. Ik had extra taken op mij genomen. En toen ik opnieuw dreigde uit te vallen, kreeg ik te horen dat ik niet functioneerde. Op mijn vraag wat er schortte aan mijn functioneren, kreeg ik als antwoord dat ik een onmogelijk persoon was om mee om te gaan. Deze woorden bleven maar nadreunen. Vlak daarna overleed mijn zoon. Mijn zelfbeeld en mijn toekomstdromen waren in één keer weggevaagd.

Eenmaal ziek uit dienst wordt het nog lastiger om weer aan het werk te gaan

Het zoeken van een baan terwijl je werkt aan herstel is onmogelijk. Welke werkgever neemt iemand aan die niet direct volledig inzetbaar is? En als je wel volledig hersteld bent, hoe verklaar je dan het gat in je CV? Als je al wordt uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek, wordt hiernaar gevraagd. Je hoeft geen antwoord te geven maar dat maakt verdacht. En werkt dus in je nadeel. Vertel je het wel, dan kan het in je nadeel werken omdat werkgevers liever geen risico’s nemen.

De Wet Verbetering Poortwachter gaat zijn doel voorbij

Sinds 2005 is er de Wet Verbetering Poortwachter als opvolger van de WAO. Deze wet verplicht werkgevers om twee jaar het loon van zieke medewerkers door te betalen en deze medewerkers te helpen bij hun re-integratie. Wanneer het UWV van mening is dat de werkgever zich onvoldoende heeft ingespannen, kan de werkgever een loonsanctie van maximaal één jaar tegemoetzien. Daarnaast betalen werkgevers een premie voor mensen met een WGA – uitkering (mensen met uitzicht op herstel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt krijgen een WGA-uitkering).

Ondanks het feit dat er diverse stimulerende maatregelen zijn om een arbeidsongeschikte medewerker aan te nemen, wordt hier, is mijn ervaring, weinig gebruik van gemaakt. Wellicht wegen de voordelen niet op tegen de nadelen of is men onvoldoende op de hoogte van de maatregelen. Wie zal het zeggen?

Als mijn werkgever mij had ondersteund, was ik nooit in de WIA beland

Wat ik zelf heb ervaren is de neergaande spiraal waarin je komt als je na ettelijke sollicitaties nog steeds geen (passende) baan hebt gevonden. Het gevoel van ongeschiktheid wordt door de afwijzingen steeds meer bevestigd. En hoe langer uit het arbeidsproces des te moeilijker het wordt om een baan te vinden. Het gat in je CV wordt steeds groter.

Ik ben ervan overtuigd dat ik nooit in de WIA zou zijn beland als mijn werkgever mij gesteund had en begrip had getoond voor mijn situatie. De financiële prikkel om mij te re-integreren heeft niet het gewenste effect gehad.

Wettelijk rouwverlof als oplossing

Het moet dus anders. Maar hoe? In mijn optiek start de discussie met de vraag wat de termen ‘ziekte, ‘arbeidsgeschikt’ en ‘arbeidsongeschikt’ inhouden. Wellicht vragen deze termen om een nieuwe definitie? En wellicht bepalen de context en/ of het systeem waarin iemand verkeert mee in de wijze waarop iemand zijn/ haar werkverplichtingen kan voldoen.

Het feit dat de overheid het idee heeft om rouwverlof te bieden aan ouders die een miskraam hebben doorgemaakt of een kind tijdens of vlak na de geboorte hebben verloren, is positief te noemen. Deze maatregel kan ervoor zorgen dat rouw niet langer als ziekte wordt aangemerkt of als disfunctioneren wordt bestempeld. En kan dus een remmende werking hebben op instroom naar de WIA, uitstroom door ontslag etc.

Maar dat niet alleen. Het geeft werkgever en werknemer in mijn ogen vooral de mogelijkheid om verlof op te nemen voor aan het verlies gerelateerde zaken. Zoals: as ophalen van het kindje, de plaatsing van de steen op het grafje, vrij te zijn op bijzondere dagen zoals de dag van de geboorte, de dag van het overlijden, de uitgerekende dag, aan het verlies gerelateerde zakelijke acties zoals uitslag genetisch onderzoek, doodsoorzaak etc.

Begrip en steun zijn van onschatbare waarde na verlies

Een kanttekening die ik wel wil maken is het feit dat wettelijk rouwverlof niet de heilige kraal is. De medewerker die te maken heeft gehad met het verlies van zijn baby, moet steun en begrip ervaren van zijn collega’s en werkgever. Ontbreken deze dan zal dit verlof zijn doel toch voorbijschieten. De kans is namelijk groot dat gebrek en steun, zoals Elisabeth Kubbler – Ross en Manu Keirse constateren, het rouwproces nadelig beïnvloeden. En dus arbeidsongeschiktheid in de hand werken.

Begeleiding door rouw- en verliescoach

Werken is dus van onschatbare waarde tijdens het rouwproces. Het geeft structuur en afleiding. En dat heb je als rouwende ouder nodig. Maar het helpt alleen als de werknemer zich gesteund voelt. Als rouw- en verliescoach begeleid ik ouders bij het rouwproces na verlies van hun baby. Werkhervatting is een essentieel onderdeel van het coachingtraject. Om werkhervatting makkelijker te maken en in het verlengde hiervan te bespoedigen, train en adviseer ik werkgevers in het begeleiden van medewerkers die hun kindje hebben verloren.

Meer weten?

Lees ook: https://www.trouw.nl/economie/de-wia-helpt-mensen-niet-sneller-terugkeren-naar-de-arbeidsmarkt-hoe-kan-de-uitkering-geolied-worden~b204cace/

Het taboe dat ligt op ‘niet spontaan zwanger kunnen worden’.

Het taboe dat ligt op ‘niet spontaan zwanger kunnen worden’.

Tijdens mijn werk als HR-adviseur kreeg ik vaak de volgende vragen: “Moet ik mijn medewerker vrijgeven om naar het ziekenhuis te gaan voor een punctie?’, “Een vruchtbaarheidsbehandeling is toch eigen keuze en dan hoef ik toch geen ziekteverlof te geven?”, “Ik heb een medewerker die voor een punctie naar het ziekenhuis moet op donderdag. Ik heb liever dat ze dit op haar vrije vrijdag plant. Kan ik dit van haar eisen?” enz.

Ik adviseerde altijd om de medewerker te vragen zoveel mogelijk afspraken buiten werktijd te plannen en wanneer dit niet mogelijk was, de medewerker verlof te geven. Ik maakte geen onderscheid tussen een bezoek aan de orthopeed of een bezoek aan de fertiliteitskliniek.

‘Een vruchtbaarheidsbehandeling ondergaan is eigen keuze’

Helaas deelde niet iedereen mijn mening. Sommige collega’s waren van mening dat het ondergaan van vruchtbaarheidsbehandelingen ‘privé’ was en dat de medewerker hiervoor zijn vakantiedagen moest opnemen. Er volgden interessante discussies over wat wel en niet onder ‘ziek zijn’ viel.

‘Wat is de definitie van ziekte?’

Het raadplegen van de definitie van de WHO gaf ook geen opheldering. Volgens de WHO is gezondheid een volledig fysiek, geestelijk een sociaal welbevinden is en niet louter het ontbreken van ziekte of gebrek. Vrij vertaald zou je kunnen zeggen dat dan iedereen patiënt is. Zou de visie van Falke en Verbaan; ‘ziekte overkomt je, verzuim is een keuze’, meer duidelijkheid geven? Ook deze visie gaf geen duidelijkheid. De één was van mening dat het dus eigen keuze was want je koos ervoor om zwanger te worden terwijl de ander van mening was dat het geen eigen keuze was omdat kinderen krijgen bij de natuur hoort.

‘De impact van het niet spontaan zwanger worden, wordt onderschat’

Kortom een lastig onderwerp. Ik kon toen niet vermoeden wat de werkelijke impact van een dergelijk traject is. Ik adviseerde over het wèl of niet toekennen van doorbetaald verlof. Ik heb nooit gevraagd hoe de medewerker functioneerde, hoe het met hem / haar ging enz. Ik had geen flauw besef dat een onvervulde kinderwens en / of fertiliteitsbehandelingen invloed kan hebben op de gezondheid en / of functioneren van de medewerker.  

‘Een lichamelijk en emotionele achtbaan’

Een medisch traject om zwanger te worden behelst meer dan ziekenhuisafspraken. Het is lichamelijk en emotioneel zwaar. Iemand die een vruchtbaarheidsbehandelingen ondergaat, is kwetsbaar zowel lichamelijk, geestelijk als sociaal. Naast professionele steun is steun van je omgeving belangrijk; familie, vrienden en werk.

Toen bij ons een spontane zwangerschap uitbleef, werd mij pas duidelijk in wat voor rollercoaster je beland wanneer je kinderwens niet wordt vervuld. Toen wij startten met de vruchtbaarheidsbehandelingen hadden we al een periode van vijf jaar, waarin een spontane zwangerschap uitbleef, achter de rug.

De omgeving bedoelt het goed. Probeert je op te beuren. Maar je kunt er niets mee.

Een periode waarin mening keer gevraagd werd of wij geen kinderen wilden. Wanneer we dan vertelden dat het zwanger worden niet lukte, kregen we spontaan allerlei goed bedoelde adviezen. Zo kregen we te horen dat we ‘het moest loslaten’, ‘een verre reis moest gaan maken’, ‘een studie moesten gaan oppakken’ etc. Door er niet meer mee bezig te zijn, zou de zwangerschap vanzelf komen, was de gedachte. We snapten de intentie maar konden er weinig mee.

Praten over ongewenste kinderloosheid blijft lastig. Is een taboe.

Niemand vroeg hoe wij ons voelden maar uit onszelf erover beginnen, deden we ook niet. Praten over het onderwerp ‘kinderen krijgen’ is gewoon lastig. Wij wilden mensen er niet mee belasten maar andersom wilde onze omgeving ons er ook niet mee belasten.

Hoe lastig het onderwerp was, werd pijnlijk duidelijk toen ik op een verjaardag constateerde dat mijn vriendin wel heel erg dik was geworden… Terwijl wij elkaar dikwijls telefonisch spraken. Achteraf begreep ik waarom ze het ‘te druk’ had om af te spreken. Ze vond het moeilijk mij te confronteren met haar zwangerschap.

Vertellen dat je zwanger bent terwijl je weet dat de ander ook zwanger wilt worden… zo ontzettend pijnlijk.

Ze voelde zich schuldig ten opzichte van mij. Zij werd wel zwanger en mij lukte het maar niet. De situatie was heel verwarrend. Ik was blij voor haar maar was ook verdrietig dat zij wel zwanger was en ik niet. Ook was ik boos omdat ze het mij (nog) niet had verteld maar ook verdrietig omdat ze het mij niet durfde te vertellen.

En dan besluit je om het medische circuit in te gaan

Om toch een kind te kunnen krijgen, meldden we ons bij het Centrum voor Voortplantingsgeneeskunde van het AMC. Voorafgaand aan de eerste intake ontvingen we een grote vragenlijst met zeer intieme maar noodzakelijke vragen. Aan de hand van deze vragenlijst hadden we een counselinggesprek met een fertiliteitsarts. En toen startte het traject. Een traject waarin wij onze grenzen verlegden. Alles voor dat ene doel. Het krijgen van ons kind.

‘Je verlegt steeds meer je grens’

Temperatuur bijhouden, geplande seks en toen dat niet lukte, IVF. Er brak een periode aan van spuiten op een vast tijdstip, inwendige echo’s, puncties, zaad doneren en wachten op het telefoontje of er een bevruchting had plaatsgevonden.

Wanneer er sprake was van een bevruchting, hadden we diezelfde middag een terugplaatsing. Na de terugplaatsing begon het wachten. Twee weken. Weken die wel maanden leken. En dan was daar het moment. Was ik zwanger of niet? De uitslag doorgeven per mail en dan  wachten op het telefoontje van de verpleegkundige.

Wanneer de test positief was, werden we gefeliciteerd en kregen we een uitnodiging voor een echo. Was ik niet zwanger dan vroegen ze hoe het ging en of we direct door wilden gaan? Op naar de volgende cyclus. Al die tijd leefden we van testdag naar testdag. Tijd om stil te staan bij de teleurstelling hadden we niet. Ik was de 40 al gepasseerd dus de maanden gingen tellen.

Van te voren is niet duidelijk hoelang het traject duurt en hoe vaak je naar het ziekenhuis moet.

Ik heb vier IVF behandelingen gehad en uit dit behandelingen zijn meerdere embryo’s ontstaan. Bij de terugplaatsing werd de ‘beste embryo’ teruggeplaatst. Zijn of haar broertjes en zusjes werden ingevroren om eventueel op een later tijdstip terug geplaatst te worden. Ik heb in totaal 12 terugplaatsingen gehad. Drie keer raakte ik zwanger door IVF en één keer door een cryo behandeling (terugplaatsing van een bevroren embryo).

Bij elke cyclus moet je dus meerdere keren naar het ziekenhuis. Zowel ik, als mijn man probeerden alle afspraken zo te plannen dat we hiervoor niet hoefden te verzuimen van het werk. Maar als je fulltime werkt is dit praktisch onmogelijk.

Niet iedere werkgever is even begripvol

Omdat mijn leidinggevende mij duidelijk had gemaakt, dat een dergelijk traject een eigen keuze was, nam ik vakantiedagen op of ruilde mijn roostervrije dagen. Mijn leidinggevende wilde geen last hebben van mijn keuze. Ik die altijd anders adviseerde, accepteerde zijn mening. Ik begreep het ook maar had wel gehoopt op meer steun en begrip. Gewoon eens vragen hoe het met mij ging? Mijn mans werkgever dacht er exact hetzelfde over. Ook hij moest dagen ruilen en / of vakantie-uren opnemen en ook hem werd nooit gevraagd hoe het met hem ging.

Ons leven bestond alleen nog maar uit de wens voor een kind en een mogelijke zwangerschap

Ik ben drie keer zwanger geraakt van de IVF-behandeling. Helaas eindigde één zwangerschap in een miskraam en overleden twee van mijn drie kinderen. De vierde IVF-behandeling was niet succesvol en de cryo-poging die hierop volgde werd gestaakt omdat mijn lijf niet goed reageerde. Dit was het moment dat we er helemaal doorheen zaten.

Mijn lijf protesteerde en mentaal konden we het niet meer aan. We leefden alleen maar voor het krijgen van een kind. Ons leven stond al drie jaar stil. Buiten het werk, ging het nergens meer anders over.

Bij alles wat we deden, hielden we rekening met een mogelijke zwangerschap. Zo kocht in na het overlijden van ons tweede kindje geen nieuwe kleren. Want stel dat ik zwanger raakte? We planden geen vakanties. Want stel dat ik zwanger raakte? Ik dronk geen alcohol, at gezond en deed aan yoga . Want hiermee vergrootte ik de kans op een zwangerschap.

‘Wanneer besluit je om te stoppen…?’

We hielden het vol omdat we samen hadden besloten dat we het hele traject als ‘een intieme reis’ hadden bestempeld. Maar nu hadden we het kantelpunt bereikt. De kracht om door te gaan was weg. We wilden niet meer geleefd worden door onze kinderwens. We wilden weg. Vluchten uit de realiteit. Tot rust komen. Nadenken. Al die tijd konden we ons steeds weer opladen maar nu was dat weg.

We boekten op maandag een vlucht naar Bali en woensdag vertrokken we. Een vlucht met een tussenstop midden in de nacht. Op een bijna verlaten vliegveld spraken we naar elkaar uit dat de geplande poging, de laatste zou zijn. Er kwam een enorme rust over ons heen.

‘Wat als je uiteindelijk toch met lege handen naar huis gaat’

Acht uur later landden we op het vliegveld van Bali. Indonesië het land van mijn moeder. Blij met de genomen beslissing startten we ons nieuwe leven. Er was plaats voor berusting en we maakten weer plannen. Na de vakantie volgde de terugplaatsing. Deze keer was het wel raak. In december werd ons jongste kind geboren. Een gezonde zoon.

Bij ons zijn de vruchtbaarheidsbehandelingen dus uiteindelijk succesvol verlopen. Maar dit geldt dus niet voor iedereen. Het overall succespercentage van IVF/ ICSI is nu 40,2% per cyclus (Freya, 9 februari 2021, https://www.freya.nl/ivf-cijfers-2019-recordaantal-ivf-kinderen-bij-gelijkblijvend-aantal-verse-behandelcycli/).

Toen wij onze zoon in onze armen hielden, was het, het allemaal waard. Maar hoe hadden we er tegenaan gekeken als we na onze twee oudsten nooit meer een baby in onze armen hadden gehad?

Hoe moet het zijn voor die mensen die uiteindelijk met lege handen naar huis gaan? Zij moeten verder leven met het gemis. Een gemis die ook niet altijd wordt erkend.  Het ‘niet spontaan kunnen krijgen van een kind’ is gewoon een taboe. Het is een moeilijk onderwerp. Hoe moet je als omgeving; familie, vrienden en werkgever reageren? Welke steun moet je als omgeving; familie, vrienden en werkgever bieden?

Herkenbaar? Ik hoop dat het taboe wordt doorbroken. Begrip en steun kan meer leed voorkomen. Ik ben benieuwd naar jouw mening.